Belgisch belvedère in Koblenz

Belgisch belvedère in Koblenz

De internationale tuinbouwbeurs Bundesgartenschau is een prestigieus evenement in Duitsland. Om de twee jaar dingen de grootste steden van het land naar de rol van gaststad. Dit jaar heeft Koblenz kosten noch moeite gespaard om het grote publiek te ontvangen. Niet minder dan 3 miljoen bezoekers konden er de magnifieke houten belvedère bezoeken, die ontworpen werd door het bureau Dethier Architectures en het studiebureau Ney & Partners.

De beursorganisatoren en het Duitse Beheer van waters en bossen wilden indruk maken en schreven een architectuurwedstrijd uit voor een uitzonderlijke houtconstructie. Van bovenop de heuvel moest de belvedère een uitzonderlijk uitzicht bieden op het park Festungsplateau en de stad. Ondanks de concurrentie van vier Duitse teams haalde het Belgische team, samengesteld uit het architectenbureau Dethier Architectures en het studiebureau Ney & Partners, de opdracht binnen.

Van vier naar drie traveeën

Van bij de start van het project hebben de Belgische architecten en ingenieurs intensief samengewerkt om de grote lijnen van het ontwerp uit te zetten. Geïnspireerd door een eerder project met Artbois hadden ze oorspronkelijk een vierkante belvedère in gedachten. De vorm is, om budgetaire redenen, echter vrij snel geëvolueerd naar een driehoek en dus 3 traveeën in plaats van 4.

Structuur

Binnen ieder deel circuleert de bezoeker in een rechthoekige tunnel opgebouwd uit een vloer, 2 zijwanden in houten ’traliewerk’ en een dak. Heel de structuur rust op Corten-stalen palen in Y-vorm. De vloer, die rust op dwarsliggers die om de 2 m werden opgesteld, stelde geen noemenswaardige problemen. Het houten ’traliewerk’ daarentegen was een enorme uitdaging voor de stabiliteitsingenieurs.

Houten ’traliewerk’

Gezien de aanzienlijke opgelegde belastingen (500 kg/m2) en de windbelasting hadden de ontwerpers met simpele diagonalen kunnen werken. Hoewel robuust is deze oplossing visueel heel massief. Daarom werd ervoor gekozen om de diagonalen te ontdubbelen en de balksecties te verfijnen. In praktijk betekent dit dat er twee traliewerken naast elkaar geplaatst werden zodat de diagonalen elkaar kruisen. Het probleem van knik, onvermijdelijk bij kleinere balksecties, werd opgelost door de elementen onderling te verbinden. Dit was een krachttoer omdat de traliewerken niet parallel lopen, de binnenste korter is dan de buitenste en bovendien niets recht is.

Windverbanden

Nog een uitdaging van formaat voor de ingenieurs: de windverbanden. Oefen een kracht uit op één van de zijden van een vierkant en het vervormt tot een ruit. Om geen stijve stalen kaders te moeten gebruiken, hebben de ontwerpers de stijfheid eigen aan de structuurvorm (gesloten structuur) benut. Deze stijfheid wordt verzekerd door de windverbanden die ingewerkt zijn in de vloeren en dakcomplex.

Verbindingen

De verbindingen zijn het resultaat van de exemplarische samenwerking tussen het studiebureau en de aannemer. Er werd met overleg gestart van bij de voorbereidende fase om met de mening en oplossingen van de aannemer rekening te kunnen houden in het ontwerp. Er moesten niet minder dan 460 verschillende verbindingen uitgewerkt worden. Het is dankzij het veelvuldige overleg dat bijvoorbeeld het idee van de gebruikte steekbanken ontstond. De aannemer heeft een soort zaagmachine bedacht die pengaten van 1 m diep op 10 mm dikte zonder afwijkingen kan maken.

Houtsoorten

Rekening houdend met de verplichting om te werken met lokale houtsoorten koos het Belgische team voor douglas en lorken. Alle initiële studies werden uitgevoerd op basis van het gebruik van onbehandeld hout zonder spint, een techniek die, voornamelijk in Frankrijk, vaak toegepast wordt bij bruggen en passerellen. Vanuit deze optiek werden alle voorzorgen genomen om stagnatie van water te vermijden en een goede verluchting van de verbindingen te voorzien. Toch werden, omwille van de kostprijs van de houtsortering en de voorkeur van de bouwheer, alle houtbalken uiteindelijk behandeld. De gelijmd gelamelleerde structuur werd uitgevoerd in douglas en de bekleding van de onderflenzen in lorken.

Materiaal hout

De uiteindelijke vorm van de belvedère werd ingegeven door het materiaal, vertelt Alexandre Rossignon. Het ontwerp en het resultaat zouden heel anders geweest zijn met een ander materiaal dan hout. En ook veel duurder waarschijnlijk. Omschreven als waanzinning door heel wat toeschouwers, heeft dit project de grenzen van hout verlegd. Wij zijn er ervan overtuigd dat hout zijn plaats verdiend in grote hedendaagse projecten. Wedden dat dit project architecten en industriëlen vertrouwen geeft.

Het project in cijfers

– Structuur : + 350 structuurelementen, allemaal verschillend
– Structuur : + de 460 verbindingen op maat, ongeveer 20.880 pennen en bouten en meer dan 1.400 inkepingen

– Grootste overspanning: 20 m
– Grootste uitkraging: 14 m
– Gewicht: 0.97 T/m alles inbegrepen
– 155 m&sup3: hout waarvan 84 m&sup3: hout voor de structuur
– Kostprijs: 580.000 €
– Prijs per m2 : 1.318 €/m2

Meer info

Architectenbureau : Dethier Architectures, www.dethier.be
Stabiliteit: Ney & Partners, www.ney.be

Aannemer: Holzbau Mohr

Copyright foto’s 1, 2 en 3 : Landesforsten

Postcode : /
Buitenbetimmering : /
Gemeente : Koblenz
Gelabeld hout : /
Functie :
Vloer : /
Aard van het project : Nieuwbouw
Parket : /
Ligging :
Trap : /
Structuur : /
Binnenschrijnwerk : /
Buitenschrijnwerk : /
Andere : /

Bureau Dethier Architectures / Bureau d'études Ney & Partners (Ir A. Rossignon)
Daniel Dethier & Associés - Rue Fabry, 42 | 4000 Liège

T. 04/252 59 99
E. wood@ney.be
W. www.dethier.be / www.ney.be