Visuele indruk gewekt door, naargelang het geval, de dikte van de zichtbare elementen van het hout (loofhout) of de breedte en de regelmatigheid van de ringen (naaldhout): fijne of dichte nerf, middelmatige, brede of grove nerf. Bij loofhout kan deze indruk gewekt worden door de grootte van de poriën (of vaten), die van de houtsoort afhangt, maar ook van, voor heterogene houtsoorten, de breedte van de ringen. Aangezien naaldbomen geen vaten hebben, wordt de nerf enkel waargenomen aan de hand van de breedte van de ringen.